'Den Breejen, ik zeg het je: ooit waren wij imperiumbouwers, maar nu laten we ons koloniseren door Engelstalige oproepkraaiers. Die slopen onze universiteiten, intimideren onze kinderen en stuiten op geen andere weerstand dan please go away.'
'Correct generaal, dat terwijl onze voorouders de wereld veroverden met de Statenbijbel in de hand en Gods woord op de lippen.'
'Maar die vreselijke Brit van de Radboud, die Harry Pettit, kiest eieren voor z'n geld en zijn we mooi kwijt. Goed gedaan Den Breejen, hoe is je dat gelukt?'
'Gewoon een fluistercampagne in gang gezet. Hij kan geen kant meer op nu rondzingt dat hij een Joodse huishoudster heeft en een hond met de naam Moos. Ook dat hij als kind besneden is door een dronken rabbi met een roestig scheermes.'
'Echt waar?'
'Dat van z'n jonge heer weet ik natuurlijk niet zeker, maar als ik de kop van die vent zie dan zou dat zo maar kunnen.'
'That serves him all right. Well done, Den Breejen.'